vrijdag 15 juli 2016

Dag 33

Gisteren leek ik over superkrachten te beschikken; ik dacht zelfs aan de mogelijkheid de camping te Moerdijk over te slaan en door te fietsen naar huis; maar dat zou zéér overmoedig geweest zijn... Vandaag heb ik nog 98 km moeten fietsen om thuis te geraken. De superkrachten waren verdwenen; de rit van gisteren was nog sterk voelbaar in de dijen. Het ontbijt heb ik overgeslagen - ik zat doorheen mijn voorraad. Ik heb me wel bevoorraad onderweg, maar dat was pas te Etten-Leur - niet zo ver meer van de Belgische grens. De fietsreis is nu ten einde. Ik heb in het totaal 2.530 km gefietst. Het was dikwijls afzien, onder meer vanwege de zware klimpartijen, de slechte staat van het wegdek, het fietsleed onderweg, het wispelturige weer, de brutale ‘midges’… Maar ik heb er toch ook van genoten. Een maand lang heb ik in Schotland kunnen genieten van het karakteristieke landschap, de natuur, de geschiedenis, de mensen… en niet het minst van de Schotse keuken (nu weet ik tenminste dat haggis heel lekker is...) – die verdient zeker navolging; om thuis verder te genieten heb ik alvast een flesje Schotse whisky aangeschaft…

N.B. Foto’s van de reis zullen aan de blogberichten stukje bij beetje worden toegevoegd. Nu wil ik vooral uitrusten...

donderdag 14 juli 2016

Dag 32

Het traject Itegem - IJmuiden, dat ik berekend had met de routeplanner van de Nederlandse fietsersbond, fiets ik nu in tegenovergestelde richting. Vanaf de brug over de Nieuwe Maas te Rotterdam heb ik niettemin een ander traject gekozen, berekend aan de hand van de GPS-kaart Topo Benelux Pro. Vanaf Achtmaal (Noord-Brabant) zal ik terug over het traject van de fietsersbond rijden - maar dat is voor morgen. Na 125 km vond ik gelegenheid tot overnachting en het nuttigen van een stevige maaltijd - ik had niets meer gegeten sinds het ontbijt op de ferry - op de camping 'Residence Waterweelde' te Moerdijk, ten zuiden van Hollands Diep. Het was even wennen om weer rechts te rijden, of bij het oprijden of het oversteken eerst links dan rechts te kijken - en niet omgekeerd. Het was vandaag een heel aangenaam fietsweer, warm - en, heb ik sommige mensen op de camping horen klagen, winderig... en vanmorgen zou het ook nog geregend hebben... Ik herinner mij een zekere Schot te Kingussie die het onvoorspelbare, regenachtige en bijwijlen stormachtige weer van zijn land best oké vond, en als de zon eens scheen, was dat mooi meegenomen. We mogen niet klagen...

woensdag 13 juli 2016

Dag 31

Omdat ik gisteren zoveel kilometers had gereden, was de terminal uiteraard niet meer zo veraf. Om de tijd te doden heb ik in een slakkengangetje over de zeedijk gereden. Eens op mijn bestemming bleek het nog te vroeg om in te checken; dus besloot ik in het verderop, te North Shields gevestigde restaurant 'Brewers Fayre' iets te gaan eten. Uiteindelijk heb ik er twee maaltijden plus een dessert verorberd. Oeps... de sleutel van de hotelkamer bleek nog in de achterzak van mijn fietstruitje te zitten; die stuur ik pas terug als ik thuis ben. Door mijn getreuzel arriveerde ik bijna te laat op de terminal om in te schepen; op het cardek vond ik bijgevolg nauwelijks nog een plekje om mijn fiets te stallen. De hut die mij is toegewezen, bevindt zich alleszins op een - vooralsnog - rumoervrije gang; de rust is mij gegund. De fietsreis zit er uiteraard nog niet op; morgen én overmorgen fiets ik vanaf IJmuiden terug naar huis, over een gedeeltelijk ander parcours dan de heenrit. Ach ja... het aantal gereden kilometers bedroeg vandaag 13; een echte rit was het natuurlijk niet.

Dag 30

Het was een - aanvankelijk - aangename rit, met mooi weer, over een af en toe moeilijk berijdbaar parcours, zoals het wandelpad doorheen het duinengebied vanaf mijn bevoorrading te Embleton. Het tij keerde toen ik op zoek ging naar een gelegenheid om te overnachten. Net als alle andere fietstrekkers die mijn pad kruisten, ondervond ik hieromtrent grote moeilijkheden. Langs de oostkust vind je weliswaar tal van die zogenaamde 'Holiday Parks', die eens ter plaatse geen echte campings blijken te zijn, maar een verzameling dicht op elkaar gepakte barakken, waar je met een tent absoluut niet terecht kan. Ik dacht op een gegeven moment toch een echte camping onder de POI's van mijn GPS gevonden te hebben; dat was te Stakeford, waarvoor ik ettelijke kilometers van mijn route ben afgeweken, zowel doorheen druk autoverkeer als over moeilijk berijdbare wandelpaden.
Maar... eens ter plaatse bleek er geen camping meer te zijn. Wildkamperen vond ik in die regio geen optie, of ik moest wachten tot zonsondergang. Ik ben dan maar op zoek gegaan naar een hotel. Vanaf Blyth zou er voldoende keuze zijn. Maar het ene hotel na het andere bleek definitief gesloten te zijn. Waar het Thoroton hotel had moeten zijn, was het een groezelige buurt met wat bruine cafés, meer niet; het Reef hotel was een leegstaand, vervallen pand. Ik ben doorgereden tot Whitley Bay, op zoek naar het Rex hotel, maar ook dat hotel bleek eens ter plaatse een spookgebouw.
Gelukkig heb ik er toch nog één in de buurt gevonden, het Windsor hotel, waarvan ik mij, eens in de kamer, afgaand op de staat ervan, afvroeg hoelang dit hotel het nog zou uitzingen. Het moest een relaxte fietsdag worden, maar door al dat vruchteloze gezoek, grotendeels over minder fietsvriendelijke wegen, is het een - vooral mentaal - heel vermoeiende dag geworden. Onbedoeld heb ik zo'n 120 km gefietst. 8 u lang heb ik op het zadel gezeten !

maandag 11 juli 2016

Dag 29

Vandaag was het een lange rit : 117 km. Vanmorgen had ik het besluit genomen de oostkust te zullen bereiken, weer of geen weer. En vanmorgen regende het fel; uitgerekend toen ik al mijn bagage had ingepakt en de tent had afgebroken, hield het op met regenen; in de loop van de dag heeft het nog gemotregend; maar vanaf Kelso trok de hemel open, scheen het zonnetje en voelde het van tijd tot tijd zelfs zomers aan. Het thalassamoment - waarop ik reeds van verre de zee kon zien - was er al na zo'n 80 km, schat ik. Maar de route verliep met een grote noordwaartse bocht - waardoor ik eventueel ter hoogte van West Mains nog een excursie naar Holy Island had kunnen maken - naar Waren Mill, dat mijn eindbestemming is geworden omwille van de aldaar gelegen camping, Budle Bay Campsite. Het was een landschappelijk heel mooie rit. Vooral vanaf mijn bevoorrading te Darnick, was het spectaculair - omdat ik daar moest klimmen uiteraard, 'no pain, no gain'. Zo heb ik uiteindelijk 'Scott's view' bereikt, de lievelingsplek van de schrijver Sir Walter Scott, met zicht op onder meer de meanderende River Tweed en de Eildon Hills - oftewel Trimontium, naar de vindplaats van een aldaar gelegen Romeins legerkamp met vicus en amfitheater. 'Flodden field' passeerde ik ook; dat is de naam van het slagveld waar de Engelsen de Schotten in 1513 een vernietigende nederlaag bezorgden. Dat was trouwens net voorbij de huidige grens tussen Schotland en Engeland...

zondag 10 juli 2016

Dag 28

Pamela, de hospita van Lindsay Guest House, heeft vanmorgen speciaal voor mij porridge klaargemaakt. Dat bleek de vorige ochtend niet op de menu te staan. Voor het geval ik graag porridge wou, kon dat zeker de volgende ochtend geregeld worden. Ik heb er geenszins op aangedrongen... Edinburgh en het voorstedelijk gebied heb ik tot mijn verbazing voor een groot gedeelte over vrijliggende fietspaden en autovrije en -luwe wegen kunnen uitfietsen. Het daaropvolgende, landelijke traject doorheen de Moorfoot Hills bracht me tot ongeveer 415 m hoogte (dit is de niet gekalibreerde hoogte aangegeven op de barometrische hoogtemeter van mijn GPS - deze blijkt nogal sterk af te wijken van de hoogte weergegeven op de kaart, i.e. 455 m ! ). Na een afdaling tot ongeveer 300 m hoogte moest ik opnieuw een 75-tal meters klimmen. Het klimwerk viel best mee. Het was vooral de krachtige wind, die vanuit het zuiden door de valleien raasde, die de etappe zo lastig maakte. De wind voerde bovendien koude lucht aan met zo nu en dan een vlaagje regen. Omdat ik vannacht nog koortsig had liggen zweten, maakte ik me onderweg ook nog zorgen om ziek te worden. Na een tweede afdaling tot ongeveer 150 m hoogte, heb ik het te Innerleithen voor bekeken gehouden, en als overnachtingsplaats het Tweedside Caravan Park uitgekozen. Bij de toegang naar de tentweide zag ik een bord hangen met de daarop voor mij zeer geruststellende woorden : 'No ballgames !'. Ik heb vandaag de kaap van 2.000 km overschreden. De dagteller stond op 66 km.

zaterdag 9 juli 2016

Dag 27

De citytrip heb ik vandaag gemaakt. Ik heb vandaag dus niet gefietst. De fiets bleef op stal. Deze beslissing heb ik pas laat op de ochtend gemaakt. Ik dacht, nu ik hier toch ben, in de hoofdstad van Schotland... en nog zeeën van tijd heb... Op één dag kan je uiteraard niet alles zien, dus heb ik me beperkt tot het verkennen van Old Town (de binnenstad van Edinburgh bestaat uit twee delen, Old Town en New Town).
Old Town is zoals de naam al doet vermoeden het oudste gedeelte van de stad, en bestaat uit een hoofdstraat, die de Royal Mile wordt genoemd, van waaruit stegen vertrekken in een visgraatpatroon. De Royal Mile verbindt Edinburgh Castle in het westen - dat ik niet van binnenuit heb verkend, maar wel zou hebben gedaan als het regende - met Holyrood Palace in het oosten - waar thans de Queen 'in residence' is, en om die reden niet door gewone stervelingen - zoals ik - kon worden bezocht. De Royal Mile zelf bulkt van de toeristische winkels - ik had er een mooie kilt van tartan kunnen kopen; dat zou me niet hebben misstaan; maar ja, in België daar mee rondlopen... -, restaurants, cafés e.d.
Ik heb het grootste gedeelte van mijn tijd doorgebracht in Holyrood Park, waar ik onder meer de imposante Salisbury Crags - basalten kliffen - en Arthur's Seat - het hoogste punt (251 m) - heb beklommen. Ter afsluiting heb ik me nog eens overgegeven aan een slemppartij; de ene schotel volgde op de andere, allemaal doorgespoeld met bier en sterke drank...